89. Waarom zouden Belgische Syriëgangers best (niet) naar huis komen?

syrië

Een ontheemde Syrische jongen in het kamp al-Hol in Koerdistan, februari 2019. (c) Fadel Senna

Het is een debat dat hevig woedt in bepaalde hoeken van onze maatschappij, maar vreemd genoeg niet de centrale plaats in onze berichtgeving krijgt die het verdient: ca. 422 Belgen ondernamen een poging om naar Syrië te gaan. Naar schatting 413 van hen geraakten ook effectief tot in Syrië of Irak. 142 van hen zijn zeker omgekomen, 130 van hen – waaronder een ondertussen bekend stel zelfmoordterroristen – is ondertussen teruggekeerd. Dat wil zeggen dat er nog zo’n 150 rondzwerven ergens in het Midden-Oosten. [x] [x]

Terwijl politici hun retoriek rond islamisme, migratie en terrorisme blijven opvoeren naar een niveau van polarisatie dat in ons land niet meer gezien is sinds de koningskwestie of misschien de eerste staatshervorming (voor de jongeren onder ons: vraag er je grootouders eens naar, dat waren pas tijden), praten we eigenlijk amper over die 422 Belgen en hun families. En nochtans moeten we dat dringend doen: minstens 115 kinderen leven nog in de resten van wat ooit een welvarende regio was, sommigen bij hun moeders in vluchtelingen- en gevangeniskampen, anderen in het puin. En de tijd dringt om te beslissen wat we met hen gaan doen… [x]

Lees verder

41. Waarom jubelen wij niet meer?

jobeljaar

uit ‘Great People From the Bible and How They Lived’: de wijnranken en wijnpers

Na verloop van zeven sabbatjaren, zeven keer zeven jaar, tezamen negenenveertig jaar, moet u op de dag van verzoening, de tiende dag van de zevende maand, de bazuin luid laten klinken. In heel uw land moet u de bazuin laten schallen. Dat vijftigste jaar moet een heilig jaar zijn: dan moet u in het land afkondigen dat alle bewoners hun slaven vrijlaten. Het moet een jobeljaar* voor u zijn; iedereen wordt hersteld in zijn vroeger bezit en keert terug naar zijn familie. Het vijftigste jaar zal een jobeljaar voor u zijn; dan mag u niet zaaien, de nagroei niet oogsten en de druiven van uw ongesnoeide wijngaard niet plukken, want het is het jobeljaar; dat moet heilig zijn. Alleen wat het land uit zichzelf voortbrengt, mag u eten. In het jobeljaar zal iedereen in zijn vroeger bezit worden hersteld.

Tot u spreekt Leviticus 25, 8-13. Dat er in de Bijbel niet alleen spannende verhalen staan, dat weten we wellicht allemaal wel. Maar dit soort passages, daar past zelfs de saaiste juf godsdienst voor. Doorgaans toch, want dit jaar staat dit stukje tekst in de cursus van 6TSO. Maar waarom, in godsnaam, waarom? Lees verder